Jaarrekening

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar

 

Bedragen * € 1.000

Balanswaarde 31-12-2021

Boekwaarde 31-12-2022

Voorziening oninbaarheid

Balanswaarde 31-12-2022

Vorderingen op openbare lichamen

10.833

19.876

                         -  

19.876

- Debiteuren

3.494

4.009

                         -  

4.009

- Schatkistbankieren

8.069

                         -  

8.069

- Vordering BCF

7.339

7.798

                         -  

7.798

Overige vorderingen:

3.773

5.889

-709

5.180

- Belasting debiteuren

835

2.103

-250

1.853

- Debiteuren Sociaal domein

1.707

2.106

-358

1.748

- Debiteuren overig

1.231

1.680

-101

1.579

Totaal

14.606

25.765

-709

25.056

NB: In het saldo per 31-12-2021 is inbegrepen een bedrag van € 667.000 dat was gerubriceerd
onder financiële vaste activa. Het betreft dan ook een herrubricering.

Onder de vorderingen op openbare lichamen vallen alle openstaande vorderingen die de gemeente per balansdatum open heeft staan ten aanzien van ministeries, gemeenten, provincies en andere openbare lichamen. De voorziening oninbaar wordt bepaald aan de hand van een ouderdomsanalyse van de vordering en de te verwachte oninbaarheid. Onder de vordering financiën vallen alle overige openstaande vorderingen van de gemeente, niet zijnde belastingen.

Onder de vordering belastingen vallen alle openstaande vorderingen m.b.t. OZB, rioolheffing, afvalstoffenheffing, forensenbelasting en toeristenbelasting. Onder de vorderingen "Overig" vallen de depot bedragen.

Schatkistbankieren
De regeling schatkistbankieren decentrale overheden (Skb) schrijft voor dat decentrale overheden hun overtollige (liquide) middelen, boven een bepaald drempelbedrag, moeten aanhouden in de schatkist van het Rijk. Gerekend over een heel kwartaal, mogen de gemiddelde overtollige middelen per dag niet hoger zijn dan deze drempel.

Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren (bedragen x € 1000)

Verslagjaar 2022

(1)

Drempelbedrag

1.040

Kwartaal 1

Kwartaal 2

Kwartaal 3

Kwartaal 4

(2)

Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen

                      20

                      19

                      11

                        8

(3a) = (1) > (2)

Ruimte onder het drempelbedrag

                1.020

                1.021

                1.029

                1.032

(3b) = (2) > (1)

Overschrijding van het drempelbedrag

                       -  

                       -  

                       -  

                       -  

(1) Berekening drempelbedrag

Verslagjaar 2022

(4a)

Begrotingstotaal verslagjaar

           138.688

(4b)

Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan € 500 miljoen

           138.688

(4c)

Het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat

                       -  

(1) = (4b)*0,0075 + (4c)*0,002 met een minimum van €250.000

Drempelbedrag

1.040

(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen

Kwartaal 1

Kwartaal 2

Kwartaal 3

Kwartaal 4

(5a)

Som van de per dag buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil)

                1.808

                1.740

                1.037

                   762

(5b)

Dagen in het kwartaal

90

91

92

92

(2) - (5a) / (5b)

Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen

                      20

                      19

                      11

                        8

De conclusie is dat conform gehandeld is.

Deze pagina is gebouwd op 05/15/2023 16:24:38 met de export van 05/15/2023 16:14:18